Nu Jan 75 jaar oud wordt vindt hij dat de tijd gekomen is om zijn atelier vaarwel te zeggen. De afgelopen periode schilderde hij figuratieve landschappen vaak verweven met Katwijk aan Zee waar hij altijd zijn diverse ateliers heeft gehad en waar hij leefde voor zijn kunst.
Goede vrienden hebben hem geholpen zijn werk te fotograferen en een website te bouwen zodat u, als kijker kunt genieten van zijn werk en ook in staat gesteld wordt om werk van Jan tegen schappelijke prijzen aan te kopen.

Ziet u een werk waar u interesse in heeft, Bel of mail gerust. Jan en zijn vrouw Ine staan u graag te woord. Wanneer u op de foto klikt kunt u deze vergroten en bekijken.
“Ik zat me daar te verwonderen over zo’n mens dat tweeduizend jaar geleden leefde en naar wie ik sta te kijken in de twintigste eeuw. Ik vond het prachtig om dat eens aan te pakken en ging ermee aan het werk. Dat oude in die cultuur grijpt me net zo aan als de verweerdheid van een zeildoek. En dat zal zo blijven, hoewel mijn horizon zich mede door mijn reizen stellig zal verbreden.”
Jan Noordhuis volgde de Vrije Academie voor Beeldende Kunsten ( tekenen, schilderen, etsen, lithografie) en een tekenopleiding aan de Koninklijke Academie, beiden gevestigd in Den Haag ( 1968 – 1974 ). Als kind al was hij gefascineerd door oude verweerde materialen als zeildoek, verschoten jute, aangetast ijzer en lood. Hij houdt van oude visserijplaatsen en havens. Uren dwaalt hij daar rond en verzamelt de materialen die in iedere haven voor het oprapen liggen. Stukken touw, zeildoek, netten, ijzer en andere vondsten neemt hij mee naar huis en begint deze materialen te verwerken in zijn schilderijen.
Hij is nog jong als de gemeente Katwijk begint met het aankopen van zijn werk. In deze periode maakt hij ook krijt – en pen tekeningen van koeien en stieren en gaat hij regelmatig naar Leiden om schetsen te maken op de veemarkt. Deze tekeningen zijn sterk van lijn en prachtig van compositie. Het werk uit deze periode is nog steeds te zien in het gemeentehuis, de brandweerkazerne en in diverse andere overheidsgebouwen in Katwijk.
Jan richt een kunstenaarscollectief op in een tijd dat het moeilijk is atelierruimte te vinden ( 1973 ). Het is een groep van zes kunstenaars uit verschillende disciplines. Ze zijn op zoek naar een pandje en kloppen bij de gemeente aan met het verzoek hen te helpen aan werkruimte. Zo ontstaat de naam van de groep “het Pandje”. Meermalen moet de groep wijken voor bouw – en sloopplannen en valt uiteindelijk als collectief uiteen. Jan vindt zijn eigen atelier ruimte ( 1987 ) en legt zich steeds meer toe op materieschilderijen. Daarnaast maakt hij etsen van Katwijkse taferelen om op die manier aan geld te komen. Hij start een kleine galerie waar deze etsen te koop zijn en kan zich, vooral in het zomer seizoen, verheugen op een behoorlijke belangstelling.
Het thema van de mummies raakt hem, na zijn veelvuldige bezoeken aan het Oudheidkundig Museum in Leiden. Meer en meer laat hij zich inspireren door de mystiek van de oudheid, de vergankelijkheid en oude culturen. Na de periode waarin materie de kern vormt voor het maken van schilderijen en waarbij het materiaal de vorm en de compositie bepaald, past hij nu materie toe in schilderijen die meer figuratief zijn en die Egyptische, Afrikaanse en mythische taferelen als onderwerp hebben. Oude ingangen van graven en tempels schildert hij, boten die mensen overzetten van de ene wereld naar de andere. Steeds vaker: mens- en dierfiguren zoals je die tegenkomt op oude rotstekeningen, of gestileerde Afrikaanse schilderingen.
“Dit zijn oervormen die raken aan een essentie. Ik ben altijd meer geïnteresseerd in de beginfase. De oude Griekse cultuur werd naar het einde toe steeds perfecter en gepolijster. Daarna krijg je het verval. Geef mij maar de ruwe aanzet, het eerst gevondene. Dicht bij de oorsprong heeft een gedachte of vorm nog een bepaalde kracht en eenvoud. Het leven van vissers op zee, van stammen die in grotten leefden, of van mensen in Afrikaanse dorpen is eerlijker, directer.”
De materiaal keuze wordt gaandeweg subtieler. Waar eerst zeildoek, sloten, grote stukken ijzer, gespen en riempjes gebruikt werden, wordt nu steeds meer gebruik gemaakt van kleine vondsten, koper, ijzer, zink, marmerslijpsel, hout, riet. Er ontstaan objecten in kistjes en doosjes. Collagetechnieken en tekening worden ingepast in een schilderij met olieverf of acryl. Ook oude gebouwen en woonvormen inspireren hem. Gevels, torens en poorten verschijnen op het doek. Na jaren schilderen op paneel, wordt nu opnieuw op linnen gewerkt.
Landschappen worden vaker geschilderd, vaak geïnspireerd door reizen naar Malta, Frankrijk, Spanje, Ierland, Noorwegen en IJsland. Ook het vrouwelijk schoon blijft een inspiratiebron.
Naarmate Jan ouder wordt vraagt hij zich af welke geheimen de mens meeneemt in zijn graf. Wie herinnerd zich nog wie verdwenen in kampen en wat lieten zij achter? Hoeveel onschuldige mensen lieten het leven en realiseert men zich eigenlijk wel dat zij nooit meer terug komen? Worden zij gemist of weten hun dierbaren niets over hun lot? Waarom worden liefdesbrieven niet meer beantwoord, hebben geliefden hun gevaarlijke reis naar de vrijheid overleefd? Horen we nog van hen of zijn de enige bewijzen van hun bestaan een kleine foto of een brief? Hij is bezig met het begin van het leven, de bloei, de aftakeling, de vergetelheid en uiteindelijk het einde, soms verwacht, maar heel vaak onverwacht. Wat rest is een foto… wie herinnert zich wie?
Jan heeft in diverse galerieën in Nederland, België en Denemarken geëxposeerd. Schilderijen van Jan zijn door de firma’s ArtLine-Holland, ArtBol en International Graphics als reproductie uitgebracht onder de namen Jan Eelse Noordhuis en het pseudoniem Jean Jauneau.
Heeft u een vraag over één van de kunstwerken van Jan, vraag het ons gerust via de mail info@galerieaanzee.nl of bel ons. U kunt natuurlijk altijd langskomen om de werken onder het genot van een kopje koffie of thee te bekijken.